Hoofdverlichting
Automatische verlichting /
dagrijverlichting
Alleen parkeerlichten
Dimlicht of grootlicht
Overschakelen van dim- naar grootlicht
► Trek de hendel naar u toe om over te schakelen van dim- naar grootlicht en terug.
In de stand "AUTO" of als alleen de parkeerlichten zijn ingeschakeld, kunt u een lichtsignaal met het grootlicht geven door de lichtschakelaar naar u toe te trekken.
Display
Het branden van het betreffende controlelampje op het instrumentenpaneel geeft aan dat de geselecteerde verlichting is ingeschakeld.
Wanneer een lamp defect is, dan
gaat dit
waarschuwingslampje permanent branden,
wordt er een melding weergegeven en klinkt er een
geluidssignaal.
Mistlampen achter
Deze functie werkt alleen als
het dimlicht of
het grootlicht is ingeschakeld.
► Draai de ring naar voren / naar achteren om deze functies in of uit te schakelen.
Wanneer de verlichting automatisch wordt uitgeschakeld ("AUTO"), blijven de mistlampen en het dimlicht branden.
Het inschakelen van de mistverlichting is verboden bij helder weer of regen, zowel overdag als 's nachts. Ze zijn onder deze omstandigheden namelijk verblindend voor medeweggebruikers. De mistverlichting mag alleen worden ingeschakeld bij mist of sneeuwval (de regels kunnen per land verschillen).
Vergeet niet de mistverlichting uit te schakelen zodra deze niet meer nodig is.
Uitschakelen van de verlichting bij het afzetten van het contact
Als u het contact afzet, worden alle lichten automatisch uitgeschakeld, behalve de dimlichten als de automatische "follow me home"-verlichting is geactiveerd.
De verlichting inschakelen na het afzetten van het contact
Als u de lichtschakelaar weer wilt activeren, draai de ring in de stand AUTO en vervolgens in de gewenste stand.
Als het bestuurdersportier is geopend, hoort u een tijdelijk geluidssignaal dat de bestuurder waarschuwt dat de lampen nog branden.
De verlichting gaat automatisch na enige tijd uit; hoe lang dit duurt is afhankelijk van de laadtoestand van de accu (overgang naar de eco-modus).
Onder bepaalde weersomstandigheden (zoals een lage temperatuur of vocht) kan er een laagje condens aan de binnenzijde van de koplampen en de achterlichten ontstaan; dit verdwijnt als de lampen enkele minuten branden.
Kijk nooit van dichtbij in de lichtbundel van ledlampen. U kunt daarbij ernstig oogletsel oplopen!
Reizen naar het buitenland
Auto's met handmatige hoogteverstelling van de koplampen: Wanneer u uw auto gaat gebruiken in een land waar het verkeer aan de andere kant van de weg rijdt, moeten de dimlichten worden afgesteld om te voorkomen dat tegemoetkomend verkeer wordt verblind. Neem contact op met een PEUGEOT-dealer of een gekwalificeerde werkplaats.
Dagrijverlichting/ Parkeerlichten
Deze ledlampen aan de voorzijde van de auto gaan automatisch branden wanneer de motor wordt gestart.
Ze hebben de volgende functies:
- Dagrijverlichting (lichtschakelaar in stand "AUTO" bij voldoende omgevingslicht).
- Parkeerlicht (lichtschakelaar in stand "AUTO" bij weinig omgevingslicht of in stand "Parkeerlicht" of "Dim- / grootlicht").
Bij de dagrijverlichting geven de leds meer licht.
Beginning midst our that fourth appear above of over, set our won’t beast god god dominion our winged fruit image