Wanneer een smartphone via Mirror Screen is verbonden, worden de locatie van de auto en bepaalde gegevens over de auto naar de smartphone gestuurd (zoals merk, stuur links of rechts, dag-/nachtmodus en rijsnelheid).
Apple CarPlay-verbinding voor smartphones
Er kan één Apple CarPlay-smartphone worden verbonden door middel van een USB-kabel of via een draadloze verbinding.
Schakel eerst de Siri-functie op uw Apple-smartphone in.
Als het apparaat geen verbinding kan maken, controleer dan op de website van Apple of het apparaat compatibel is met de functie.
Als het probleem aanhoudt, verwijder alle opgeslagen verbindingen op de smartphone en in het systeem voordat u een nieuwe verbinding maakt.
Bij de verbinding via de kabel moet u de functie CarPlay in het menu Instellingen, Bluetooth van uw smartphone uitschakelen.
Klik in het menu Bluetooth op de "i" naast de relevante auto en schakel CarPlay uit.
Sluit de smartphone aan op het
systeem met
behulp van de USB-aansluiting die
compatibel is met Mirror Screen.
Apple CarPlay wordt automatisch gestart een paar seconden nadat de USB-verbinding tot stand is gekomen. In sommige gevallen moet uw apparaat ontgrendeld worden.
De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel is aangesloten.
Bij de verbinding via kabel moet u voorkomen dat de kabel loskomt, vooral wanneer u door tolpoorten rijdt.
Er is slechts één USB-socket voor de Mirror Screen-verbinding (AppleCarPlay); zie het hoofdstuk "Ergonomie en comfort - Voorzieningen".
Voor de beste prestaties raden wij u aan om de originele USB-kabels (bij voorkeur zo kort mogelijke kabels) van uw apparaten te gebruiken.
De draadloze verbinding van een Apple CarPlay- smartphone kan worden gestart via het menu "Apparaten".
Schakel eerst de CarPlay-functie van de smartphone in.
Klik in het menu Bluetooth op de "i" naast de relevante auto en schakel CarPlay in.
Druk op de "Instellingen"-app.
Selecteer "Connectiviteit" in de lijst.
Selecteer "Apparaten" om het
apparaat
weer te geven dat moet worden verbonden
met AppleCarPlay.
Als het apparaat al via Bluetooth met het systeem is verbonden, selecteert u de apparaatinstellingen in de lijst van bekende apparaten en kiest u AppleCarPlay als de modus voor draadloze verbinding.
Als het apparaat niet eerder met het systeem verbonden is geweest, moet het worden gekoppeld (zie het hoofdstuk "Bluetooth-verbinding").
Het systeem detecteert of de smartphone compatibel is met AppleCarPlay en stelt voor om deze te verbinden na het koppelingsproces.
Om de smartphone een volgende keer automatisch te verbinden, moet de Bluetooth op uw apparaat zijn ingeschakeld.
Zodra de verbinding tot stand is
gekomen,
drukt u op deze toets om de interface
"AppleCarPlay" weer te geven.
Houd de toets op het stuurwiel
ingedrukt om
de gesproken commando's van de
smartphone in te schakelen.
Android Auto-verbinding voor smartphones
Er kan slechts één Android Auto-smartphone worden verbonden door middel van een USB-kabel of via een draadloze verbinding.
Installeer eerst de app "Android Auto" via de "Play Store" op uw smartphone.
Voor de "Android Auto"-functie is een compatibele smartphone nodig.
Als het apparaat geen verbinding kan maken, controleer dan op de website van Android Auto of het apparaat compatibel is met de functie.
Als het probleem aanhoudt, verwijder alle opgeslagen verbindingen op de smartphone en in het systeem voordat u een nieuwe verbinding maakt.
Voor een optimale draadloze verbinding raden we aan om uw smartphone uit de buurt van andere Wi-Fi-netwerken te houden waarmee automatisch verbinding kan worden gemaakt.
Bij verbinding via de kabel moet u de draadloze Android Auto-functie, in het menu Instellingen, Android Auto in de app van uw smartphone uitschakelen.
Sluit de smartphone aan op het
systeem met
behulp van de USB-aansluiting die
compatibel is met Mirror Screen.
Android Auto wordt een paar seconden nadat de USB-verbinding tot stand is gekomen gestart. Voor de eerste verbinding moet een bevestigingsprocedure op de smartphone worden uitgevoerd. Hiervoor moet de auto stilstaan.
De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel is aangesloten.
Bij de verbinding via kabel moet u voorkomen dat de kabel loskomt, vooral wanneer u door tolpoorten rijdt.
Er is slechts één USB-aansluiting voor de Mirror Screen-verbinding (Android Auto); zie het hoofdstuk "Ergonomie en comfort - Voorzieningen ".
Voor de beste prestaties raden wij u aan om de originele USB-kabels (bij voorkeur zo kort mogelijke kabels) van uw apparaten te gebruiken.
De draadloze verbinding van een Android Autosmartphone kan worden gestart via het menu "Apparaten".
Schakel eerst de draadloze Android Auto-functie van de smartphone in, in het menu Instellingen van de app "Android Auto" van uw smartphone.
Druk op de "Instellingen"-app.
Selecteer het "Connectiviteit"-tabblad in de lijst.
Selecteer "Apparaten" om het
apparaat
weer te geven dat moet worden verbonden
met Android Auto.
Als het apparaat niet eerder met het systeem verbonden is geweest, moet het worden gekoppeld (zie het hoofdstuk "Bluetooth-verbinding").
Het systeem detecteert of de smartphone compatibel is met Android Auto en stelt voor om deze te verbinden na het koppelingsproces.
Als het apparaat al via Bluetooth met het systeem verbonden is, selecteert u de apparaatinstellingen in de lijst van bekende apparaten en kiest u Android Auto als de modus voor draadloze verbinding.
Wanneer u wilt dat uw smartphone een volgende keer automatisch verbinding maakt, moet Bluetooth op uw apparaat zijn ingeschakeld.
Zodra de verbinding tot stand is
gekomen,
drukt u op deze toets om de "Android
Auto"-interface weer te geven.
Houd de toets op het stuurwiel
ingedrukt om
de gesproken commando's van de
smartphone in te schakelen.
Beginning midst our that fourth appear above of over, set our won’t beast god god dominion our winged fruit image