Inhoud van de brandstoftank: ongeveer 52 liter (Benzine, Diesel of hybride) of 40 liter (Plug-in hybride).
Reservevolume: ongeveer 6 liter.
Laag brandstofniveau
Als de brandstoftank bijna leeg
is, gaat dit
waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel branden, in combinatie met een
melding en een geluidssignaal. Als het lampje gaat
branden, bevat de tank nog ongeveer 6 liter
brandstof.
Zolang er niet voldoende brandstof is bijgetankt, wordt dit waarschuwingslampje telkens weergegeven wanneer het contact wordt ingeschakeld, samen met een melding en een geluidssignaal. Onder het rijden worden deze melding en het geluidssignaal steeds vaker herhaald terwijl het brandstofniveau naar 0 gaat.
Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomen dat u met een lege tank strandt.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie over een lege brandstoftank (Diesel).
Een pijltje bij het waarschuwingslampje geeft aan aan welke zijde de brandstofvulklep zich bevindt.
Stand Stop & Start / e-Auto
Tank nooit als de motor in de STOP-stand of stand-by staat. Zet in dat geval altijd het contact af.
Tanken
Er moet minimaal 10 liter brandstof wordt getankt, anders wordt dit niet op de brandstofniveaumeter weergegeven.
Bij het openen van de brandstofvulklep kan een aanzuiggeluid van lucht hoorbaar zijn. Dit is volkomen normaal en wordt veroorzaakt door de onderdruk die ontstaat door de afdichting van het brandstofcircuit.
Veilig tanken:
► Zet altijd de motor uit.
► Open de vulklep en druk langer dan 2 seconden op de toets voor het openen van de klep of druk met de auto ontgrendeld op de achterzijde van de vulklep (afhankelijk van de uitvoering).
Plug-in hybrideauto's
Als u op de toets op het dashboard drukt, kan het enkele minuten duren voordat de vulklep wordt geopend. Er klinkt een geluid wanneer de vulklep opent.
Als de klep vastzit, houd de toets op het dashboard dan langer dan 3 seconden ingedrukt.
► Kies de juiste brandstof bij het tankstation (deze staat vermeld op de sticker aan de binnenzijde van de brandstofvulklep van de auto).
► Draai de vuldop linksom, verwijder deze en plaats deze in de houder op de vulklep (afhankelijk van de uitvoering).
► Steek het vulpistool tot de aanslag in de vulopening voordat u het vulpistool inknijpt (om spatten te voorkomen).
► Vul de brandstoftank.
Vul niet meer bij nadat het vulpistool drie keer is afgeslagen, anders kunnen er storingen optreden.
► Plaats de vuldop terug en draai deze rechtsom (afhankelijk van de uitvoering).
► Druk de brandstofvulklep dicht.
Uw auto is voorzien van een katalysator die de hoeveelheid schadelijke stoffen in de uitlaatgassen vermindert.
Bij benzinemotoren mag uitsluitend loodvrije benzine worden gebruikt.
Door de smallere vulpijp kan er alleen loodvrije benzine worden getankt.
Als u per ongeluk verkeerde brandstof voor de auto tankt, moet de brandstoftank eerst worden afgetapt en weer worden gevuld met de correcte brandstof voordat de motor kan worden gestart.
Tankbeveiliging (diesel)
(Afhankelijk van het land van verkoop.)
Dit mechanisme is aangebracht in auto's met een dieselmotor, waardoor het onmogelijk is om benzine te tanken.
Deze voorziening, die in de tankopening is ingebouwd, is zichtbaar zodra u de vuldop verwijdert.
Werking
Wanneer u bij een dieseluitvoering een benzinetankpistool in de tankopening plaatst, wordt dit tegengehouden door een klep. Daardoor blijft het pistool vergrendeld en kan er dus niet getankt worden.
Probeer in dat geval niet alsnog te tanken, maar kies een dieseltankpistool.
De tankbeveiligingsvoorziening voorkomt niet dat er met een jerrycan wordt bijgevuld, ongeacht het type brandstof.
Reizen naar het buitenland
De tankpistolen voor het tanken van diesel kunnen per land verschillen, waardoor kan een tankbeveiliging op de auto ervoor kan zorgen dat tanken niet mogelijk is.
Wanneer u naar het buitenland reist, raden wij u aan om bij een PEUGEOT-dealer na te vragen of de auto geschikt is voor de apparatuur in de landen die u bezoekt.
Beginning midst our that fourth appear above of over, set our won’t beast god god dominion our winged fruit image