Algemene aanwijzingen
Houd u aan de ter plaatse geldende regelgeving.
Controleer of het gewicht van de trekkende auto hoger is dan dat van de auto die wordt gesleept.
Er moet iemand achter het stuur van de gesleepte auto blijven zitten. Deze persoon moet beschikken over een geldig rijbewijs.
Gebruik bij het slepen met 4 wielen op de grond altijd een goedgekeurde sleepstang; touwen en riemen zijn verboden.
De bestuurder van de slepende auto moet voorzichtig wegrijden.
Als de auto wordt gesleept met uitgeschakelde motor, werken ook de rem- en stuurbekrachtiging niet.
Neem in de volgende gevallen contact op met een professioneel bergbedrijf:
- Uw auto staat met pech langs de autosnelweg of snelweg;
- Het is niet meer mogelijk om de versnellingsbak in de neutraalstand te zetten, het stuurslot te ontgrendelen of de parkeerrem uit te schakelen;
- Het is niet meer mogelijk om een auto met een automatische transmissie te slepen, met draaiende motor;
- Bij takelen met slechts twee wielen op de grond;
- Bij auto's met vierwielaandrijving;
- Er is geen goedgekeurde sleepstang beschikbaar.
Het voertuig moet in de vrijloop worden gezet voordat het wordt gesleept.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie over de vrijloop.
Speciale functie voor het slepen van hybride auto's
Met beide wielen op de grond: het is alleen toegestaan om korte afstanden (ongeveer 15 km) en met beperkte snelheid (maximaal 25 km/h) te rijden.
Met alle vier wielen op de grond: de auto mag maximaal 100 meter bij een maximale snelheid van 10 km/h worden gesleept (met de automatische transmissie in N en N weergegeven op het instrumentenpaneel).
Plug-in hybrides
Trap eerst het rempedaal in terwijl het contact aan is en selecteer stand N.
Schakel vervolgens het hybridesysteem uit (controlelampje READY uit).
Roep altijd de hulp in van een professioneel bergingsbedrijf om uw auto met een autoambulance of oplegger te bergen.
Gebruik het sleepoog alleen om de auto, wanneer deze vastzit, los te trekken of tijdens de berging vast te zetten op een autoambulance of oplegger.
Elektrische voertuigen
Een elektrisch voertuig mag nooit worden gebruikt om een ander voertuig te slepen.
Het voertuig mag echter wel worden gebruikt om bijvoorbeeld een ander voertuig uit een greppel te trekken.
2WD: tweewielaandrijving.
Bij een storing in de accu of elektrische parkeerrem is het essentieel dat u contact opneemt met een professioneel bedrijf dat gebruikmaakt van autoambulances (behalve bij een handgeschakelde versnellingsbak).
Toegang tot het gereedschap
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie over toegang tot het gereedschap.
Slepen van uw auto
Toegang tot de sleepoogaansluiting aan de voorzijde:
► Maak het afdekplaatje los door op de hoek linksboven te drukken.
► Verwijder het afdekplaatje door het omlaag te bewegen.
Voor het slepen van uw auto:
► Draai het sleepoog vast tot de aanslag.
► Bevestig de sleepstang.
► Zet de versnellingsbak in de neutraalstand.
Als dit voorschrift niet wordt opgevolgd, kunnen bepaalde onderdelen (remsysteem, aandrijving enz.) beschadigd raken en werkt de rembekrachtiger na het starten van de motor mogelijk niet meer.
Automatische transmissie
Sleep de auto nooit met de aangedreven wielen op de grond terwijl de motor is afgezet.
► Ontgrendel het stuurwiel en zet de parkeerrem vrij.
► Schakel de alarmknipperlichten op beide voertuigen in overeenstemming met de geldende wetgeving in het land waar u rijdt.
► Rijd voorzichtig weg en houd zowel de snelheid als de af te leggen afstand beperkt.
Slepen van een andere auto
Toegang tot de sleepoogaansluiting aan de achterzijde:
► Maak het afdekplaatje los door op de hoek linksboven te drukken.
► Beweeg het afdekplaatje omlaag.
Voor het slepen van een andere auto:
► Draai het sleepoog vast tot de aanslag.
► Bevestig de sleepstang.
► Schakel de alarmknipperlichten van beide auto's in.
► Rijd voorzichtig weg en houd zowel de snelheid als de af te leggen afstand beperkt.
Beginning midst our that fourth appear above of over, set our won’t beast god god dominion our winged fruit image