Raadpleeg voor meer informatie de algemene adviezen over het gebruik van de rij- en parkeerhulpsystemen.
Wanneer de achteruitversnelling bij draaiende motor wordt ingeschakeld, geeft dit systeem beelden van de directe omgeving van de auto op het touchscreen weer met behulp van een camera aan de achterzijde van de auto.
Het scherm is in 3 delen opgedeeld met een zijmenu, de omgeving zoals die door de camera wordt geregistreerd en een weergave van bovenaf gezien van de directe omgeving van de auto.
De informatie van de parkeerhulpsensoren vult het beeld van bovenaf aan.
Er zijn diverse weergaven beschikbaar:
- Automatisch ingezoomde weergave.
- Standaardweergave.
- Panoramische weergave.
Afhankelijk van de omstandigheden kiest het systeem de beste weergave (standaard of automatische zoom).
Het type weergave kan tijdens de manoeuvre altijd worden gewijzigd.
De systeemstatus wordt niet opgeslagen bij het afzetten van het contact.
Werkingsprincipe
Tijdens manoeuvres met een lage snelheid filmt de camera de directe omgeving van de auto.
In realtime wordt een beeld van bovenaf van de auto en de directe omgeving van de auto gecreëerd (en weergegeven op de zijkant van het scherm) terwijl de auto rijdt.
Deze weergave is handig om de auto recht in te parkeren en om de obstakels in de directe omgeving van de auto te zien. Dit beeld verdwijnt automatisch als de auto langere tijd stilstaat.
Er is een extra sproeier boven de kentekenplaat geplaatst om de achteruitrijcamera te reinigen (afhankelijk van de uitvoering).
Instellingen
In het zijmenu:
In dit venster kan het volume
van het
geluidssignaal worden aangepast.
Met deze knop kunt u het
geluidssignaal
dempen/weer laten horen.
Met deze knop kunt u de camera
reinigen
(afhankelijk van de uitrusting).
Inschakelen/uitschakelen
Schakel de achteruitversnelling in om de camera in te schakelen.
Het systeem wordt uitgeschakeld:
- Als er uit de achteruitversnelling wordt geschakeld.
- Als op het kruis in de linkerbovenhoek van het touchscreen wordt gedrukt.
Automatisch ingezoomde weergave
De camera achter registreert de omgeving tijdens het manoeuvreren om een samengesteld beeld van bovenaf van de achterzijde van de auto en van zijn nabije omgeving te creëren zodat de obstakels rondom de auto goed zichtbaar zijn.
Met behulp van de sensoren op de achterbumper wordt de automatisch ingezoomde weergave weergegeven wanneer de auto obstakels op de rode lijn (minder dan 30 cm) tijdens de manoeuvre nadert.
Deze weergave is alleen automatisch beschikbaar.
De obstakels kunnen verder weg lijken dan ze in werkelijkheid zijn.
Tijdens het manoeuvreren moet u de zijkanten van de auto via de buitenspiegels in de gaten houden.
De parkeersensoren geven ook extra informatie over het gebied rondom de auto.
Standaardweergave
Het gebied achter de auto wordt weergegeven op het scherm.
De blauwe lijnen (1) geven de breedte van de auto weer met uitgeklapte buitenspiegels; ze verplaatsen zich afhankelijk van de stand van het stuurwiel.
De rode lijn (2) geeft een afstand van 30 cm vanaf de achterbumper weer; de twee blauwe lijnen (3) en (4) een afstand van respectievelijk 1 m en 2 m.
Deze weergave is automatisch beschikbaar of door deze te selecteren in het zijmenu.
Panoramische weergave
Met de panoramische weergave kunt u een parkeerplaats in de achteruitversnelling verlaten waarbij u op de nadering van voertuigen, voetgangers of fietsers kunt anticiperen.
Wij raden u aan om deze weergave niet tijdens de gehele manoeuvre te gebruiken.
Deze weergave is alleen beschikbaar door deze te selecteren in het zijmenu.
Beginning midst our that fourth appear above of over, set our won’t beast god god dominion our winged fruit image