english german french spanish italian dutch polish portuguese
Peugeot 308 Owners & Service Manuals

Peugeot 308: Waarschuwings- en verklikkerlampjes

Peugeot 308 2021-2025 (P5) Instructieboekje / Instrumentenpaneel / Waarschuwings- en verklikkerlampjes

De waarschuwings- en verklikkerlampjes (weergegeven als symbolen) informeren de bestuurder over een storing (waarschuwingslampjes) of de werking van een systeem (verklikkerlampjes ingeschakelde of uitgeschakelde functie). Bepaalde lampjes kunnen op twee manieren (permanent of knipperend) en/of in verschillende kleuren branden.

Bijbehorende waarschuwingen

Een lampje kan branden in combinatie met een geluidssignaal en/of een melding op het display.

Door de weergegeven waarschuwingen te relateren aan de werkingstoestand van de auto kan worden bepaald of er sprake is van een normale situatie of van een storing; zie de beschrijving van ieder lampje voor meer informatie.

Bij het aanzetten van het contact

Als het contact wordt aangezet, gaan bepaalde rode of oranje waarschuwingslampjes enkele seconden branden. Deze lampjes moeten doven als de motor draait.

Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over een systeem of een functie.

Continu brandend waarschuwingslampje

Als er een rood of oranje waarschuwingslampje gaat branden, is er een storing die verder moet worden onderzocht.

Wanneer een lampje blijft branden

De aanduidingen (1), (2) en (3) in de beschrijvingen van de waarschuwings- en verklikkerlampjes geven aan of u naast de onmiddellijk aanbevolen acties contact met een gekwalificeerde professional moet opnemen.

(1): Zet de auto stil.

Zet het voertuig zo snel mogelijk stil op een veilige plaats en zet het contact af.

(2): Neem contact op met een PEUGEOT-dealer of een gekwalificeerde werkplaats.

(3): Ga naar een PEUGEOT-dealer of een gekwalificeerde werkplaats.

Rode waarschuwingslampjes

STOP

Permanent, in combinatie met een ander waarschuwingslampje, een melding en een geluidssignaal.

Een ernstige storing in de motor, het remsysteem, de stuurbekrachtiging of de automatische transmissie, of een ernstige elektrische storing.

Voer (1) en dan (2) uit.

Oververhitting van de tractiebatterij (hybride, Plug-in hybride of Elektrisch)

Brandt permanent, in combinatie met het waarschuwingslampje STOP, een melding en een geluidssignaal.

De temperatuur van de tractiebatterij is te hoog.

Voer (1) uit.

Stap zo snel mogelijk uit de auto en ga op veilige afstand staan.

Voer (2) uit.

Storing in de tractiebatterij (hybride, Plug-in hybride of Elektrisch)

Brandt permanent, in combinatie met het waarschuwingslampje Service en een melding.

Er zit een storing in de tractiebatterij.

Voer (2) uit.

Te hoge koelvloeistoftemperatuur

Brandt permanent.

De temperatuur van de koelvloeistof is te hoog.

Zie (1) en wacht totdat de motor is afgekoeld voordat u koelvloeistof bijvult. Zie (2) als het probleem niet verdwijnt.

Motoroliedruk (Benzine, Diesel, hybride of Plug-in hybride)

Brandt permanent.

Er is een probleem met het smeersysteem van de motor.

Voer (1) en dan (2) uit.

Systeemstoring (hybride, Plug-in hybride of Elektrisch)

Brandt permanent.

Er is een fout vastgesteld in het systeem (elektromotor of tractiebatterij).

Voer (1) en dan (2) uit.

Kabel aangesloten (Plug-in hybride of Elektrisch)

Brandt permanent bij het aanzetten van het contact.

De laadkabel is aangesloten op de aansluiting van de auto.

Brandt permanent bij het aanzetten van het contact, in combinatie met een melding.

De auto kan niet worden gestart als de laadkabel op de aansluiting van de auto is aangesloten.

Koppel de laadkabel los en sluit de klep.

Laadtoestand van de 12V-accu

Brandt permanent.

Het laadcircuit van de accu werkt niet goed (bijvoorbeeld door vuile klemmen, of een losse of afgescheurde dynamoriem).

Voer (1) uit.

Als de elektrische parkeerrem niet meer werkt, beveilig de auto dan op de volgende manier tegen wegrollen:

► Bij een auto met een handgeschakelde versnellingsbak: schakel een versnelling in.

► Bij een auto met een automatische transmissie of een selectiehendel (elektrisch): plaats het wielblok tegen een van de wielen.

Reinig de accuklemmen en zet ze correct vast. Als het waarschuwingslampje niet uit gaat wanneer de motor is gestart, voer (2) uit.

Remmen

Brandt permanent.

Het remvloeistofpeil in het remcircuit is aanzienlijk gedaald.

Voer (1) uit en vul het remvloeistofreservoir bij met de door de fabrikant voorgeschreven remvloeistof.

Zie (2) als het probleem niet verdwijnt.

Brandt permanent.

Een storing in het systeem van de elektronische remdrukregelaar (EBD).

Voer (1) en dan (2) uit.

Elektrische parkeerrem

Brandt permanent.

De elektrische parkeerrem is aangetrokken.

Knippert.

Het aantrekken / vrijzetten werkt niet.

Voer (1) uit: parkeer de auto op een vlakke (horizontale) ondergrond.

Bij auto's met een handgeschakelde versnellingsbak: schakel een versnelling in.

Bij een auto met een automatische transmissie of een selectiehendel (elektrisch): selecteer stand P.

Zet het contact af en voer (2) uit.

Stuurbekrachtiging

Brandt permanent in combinatie met een geluidssignaal.

Er is een storing in de stuurbekrachtiging.

Voer (1) en vervolgens (2) uit.

Portieren(en) geopend

Permanent, in combinatie met een melding die aangeeft om welk portier het gaat.

Samen met de waarschuwing wordt er een geluidssignaal gegeven als de snelheid hoger is dan 10 km/h.

Een portier of de bagageruimte is niet goed gesloten.

Veiligheidsgordels losgemaakt of niet vastgemaakt

Permanent of knipperend, samen van een toenemend geluidssignaal.

Een van de veiligheidsgordels is niet vastgemaakt of weer losgemaakt.

Oranje waarschuwingslampjes

Service

Brandt tijdelijk in combinatie met een melding.

Er zijn één of meer kleine storingen gedetecteerd waarbij geen specifiek waarschuwingslampje gaat branden.

Identificeer de oorzaak van de storing met behulp van de melding op het instrumentenpaneel.

Sommige problemen kunt u zelf oplossen, zoals het vervangen van de batterij in de afstandsbediening.

Voer (3) uit voor andere problemen, zoals een storing in het bandenspanningscontrolesysteem.

Brandt permanent, in combinatie met een melding.

Er zijn één of meerdere grote storingen gedetecteerd waarbij geen specifiek waarschuwingslampje gaat branden.

Identificeer de oorzaak van de storing met behulp van de melding op het instrumentenpaneel en voer vervolgens (3) uit.

Permanent, in combinatie met de melding "Storing parkeerrem".

De functie automatisch uitschakelen van de elektrische parkeerrem is niet beschikbaar.

Voer (2) uit.

 Waarschuwingslampje Service brandt permanent en onderhoudssleutel knippert, en brandt vervolgens permanent.

Het interval voor de onderhoudsbeurt is overschreden.

Laat de onderhoudsbeurt van uw auto zo snel 1 mogelijk uitvoeren.

Alleen bij BlueHDi-dieselmotoren.

Remmen

Brandt permanent.

Er is een kleine storing in het remsysteem gedetecteerd.

Rijd voorzichtig.

Voer (3) uit.

Storing (met elektrische parkeerrem)

Permanent, in combinatie met de melding "Storing parkeerrem".

De auto kan niet stil blijven staan terwijl de motor draait.

Als de parkeerrem niet handmatig kan worden in- en uitgeschakeld, dan is de hendel van de elektrische parkeerrem defect.

De automatische functies moeten te allen tijde worden gebruikt: ze worden automatisch weer geactiveerd bij een storing in de hendel.

Voer (2) uit.

Permanent, in combinatie met de melding "Storing parkeerrem".

De elektrische parkeerrem is defect; de handmatige en elektrische functies werken mogelijk niet meer.

Om de auto bij stilstand op zijn plaats te houden:

► Schakel de elektrische parkeerrem in en houd deze 7 tot 15 seconden ingeschakeld, totdat het controlelampje op het instrumentenpaneel gaat branden.

Als deze procedure niet werkt, beveilig uw auto dan op de volgende wijze tegen wegrollen:

► Parkeer de auto op een vlakke ondergrond.

► Bij auto's met een handgeschakelde versnellingsbak: schakel een versnelling in.

► Bij auto's met een automatische transmissie of selectiehendel (elektrisch): selecteer P en plaats het meegeleverde wielblok tegen een van de wielen.

Zie (2).

Automatische functies uitgeschakeld (elektrische parkeerrem)

Brandt permanent.

De functies "automatisch inschakelen" (bij het afzetten van de motor) en "automatisch uitschakelen" (bij het wegrijden) zijn uitgeschakeld.

Als automatisch inschakelen / uitschakelen niet meer mogelijk is:

► Start de motor.

► Gebruik de hendel om de elektrische parkeerrem in te schakelen.

► Laat het rempedaal volledig los.

► Houd de hendel 10 tot 15 seconden in de richting voor uitschakelen.

► Laat de hendel los.

► Trap het rempedaal in en houd het ingetrapt.

► Trek de hendel 2 seconden in de richting voor inschakelen.

► Laat de hendel en het rempedaal los.

Antiblokkeersysteem (ABS)

Brandt permanent.

Een storing in het antiblokkeersysteem.

De auto kan normaal remmen.

Rijd voorzichtig met matige snelheid en zie (3).

Stuurbekrachtiging

Brandt permanent.

Er is sprake van een kleine storing in de stuurbekrachtiging.

Rijd voorzichtig met matige snelheid en zie (3).

Dynamische stabiliteitsregeling (DSC) / antispinregeling (ASR)

Brandt permanent.

De functie is uitgeschakeld.

De functie DSC / ASR wordt automatisch weer ingeschakeld als de motor opnieuw wordt gestart en vanaf een snelheid van ongeveer 50 km/h.

Bij een snelheid lager dan 50 km/h kan de functie handmatig weer worden ingeschakeld.

Knippert.

De regeling van het DSC- / ASR-systeem wordt ingeschakeld bij minder grip of afwijken van de rijbaan.

Brandt permanent.

Een storing in het DSC- / ASR-systeem.

Voer (3) uit.

Storing noodremassistentie (bij elektrische parkeerrem)

Permanent, in combinatie met de melding "Storing parkeerrem".

De noodremassistentie werkt niet optimaal.

Als automatisch uitschakelen niet mogelijk is, schakel de functie handmatig uit of zie (3).

Hill Start Assist

Brandt permanent, in combinatie met de melding "Storing in antiterugrolsysteem".

Er is een storing in het systeem.

Voer (3) uit.

Post Collision Safety Brake

Brandt permanent, in combinatie met het waarschuwingslampje Service, een melding en een geluidssignaal.

Er is een storing in het systeem.

Voer snel (3) uit.

Zelfdiagnosesysteem van de motor (Benzine, Diesel, hybride of Plug-in hybride)

Knippert.

Een storing in het motormanagementsysteem.

De katalysator kan onherstelbaar beschadigd raken.

U moet (2) uitvoeren.

Brandt permanent.

Een storing in de emissieregeling.

Het waarschuwingslampje moet uit gaan als de motor draait.

Voer direct (3) uit.

AdBlue (BlueHDi)

Brandt ongeveer 30 seconden nadat de motor is gestart, in combinatie met een melding over het aantal kilometers dat u nog kunt rijden.

De actieradius ligt tussen de 2400 en 800 km.

Vul AdBlue bij.

Brandt permanent nadat het contact is aangezet, in combinatie met een geluidssignaal en een melding over de actieradius.

De actieradius ligt tussen de 800 en 100 km.

VulAdBlue meteen bij of voer (3) uit.

Knippert, in combinatie met een geluidssignaal en een melding over de actieradius.

De actieradius is minder dan 100 km.

U moetAdBlue bijvullen om te voorkomen dat het starten wordt geblokkeerd of (3) uitvoeren.

Knippert, in combinatie met een geluidssignaal en een melding dat het starten van de motor wordt geblokkeerd.

De AdBlue-tank is leeg: de wettelijk verplichte startblokkering voorkomt dat de motor kan worden gestart.

Vul AdBlue bij om de motor opnieuw te kunnen starten of voer (2) uit.

De tank moet worden bijgevuld met minimaal 10 liter AdBlue.

SCR-emissieregelsysteem (BlueHDi)

Permanent wanneer het contact wordt aangezet, in combinatie met een geluidssignaal en een melding.

Er is een storing in het SCR-emissieregelsysteem gedetecteerd.

Deze waarschuwing verdwijnt zodra de uitstoot van uitlaatgassen weer aan de normen voldoet.

Het AdBlue-waarschuwingslampje knippert zodra het contact wordt aangezet, in combinatie met het permanent branden van het waarschuwingslampje Zelfdiagnose motor, een geluidssignaal en een melding met betrekking tot de actieradius.

Afhankelijk van de weergegeven melding kan er nog maximaal 1.100 km worden gereden voordat de startblokkering wordt geactiveerd.

Voer (3) direct uit, om te voorkomen dat de motor niet kan worden gestart.

Het AdBlue-waarschuwingslampje knippert zodra het contact is aangezet, in combinatie met het branden van het waarschuwingslampje Zelfdiagnose motor, een geluidssignaal en een melding die aangeeft dat de motor niet kan worden gestart.

De startonderbreker voorkomt dat de motor weer start (de toegestane rijlimiet is overschreden na bevestiging van een storing van het emissieregelsysteem).

Start de motor en zie (2).

Voorgloeien (diesel)

Brandt tijdelijk (tot ongeveer 30 seconden bij lage temperaturen).

Wanneer het contact wordt aangezet, als de weersomstandigheden en de motortemperatuur dit noodzakelijk maken.

Wacht met starten totdat het waarschuwingslampje uit gaat.

Wanneer het waarschuwingslampje uit gaat, wordt de motor onmiddellijk gestart wanneer u:

- bij een auto met een handgeschakelde versnellingsbak het koppelingspedaal ingetrapt houdt.

- bij een auto met een automatische transmissie het rempedaal ingetrapt houdt.

Als de motor niet start, druk dan nogmaals op de knop START/STOP terwijl u het pedaal ingetrapt houdt.

Bandenspanning te laag

Brandt permanent.

De bandenspanning van een of meerdere banden is te laag.

Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.

Reset het controlesysteem na het aanpassen van de bandenspanning.

Het waarschuwingslampje voor te lage bandenspanning knippert en brandt vervolgens permanent, en waarschuwingslampje Service brandt permanent.

Er is een storing in het bandenspanningscontrolesysteem.

Het systeem kan geen lage bandenspanning meer aangeven.

Controleer de bandenspanning zo snel mogelijk en zie (3).

Parkeerhulp

Knippert.

Het systeem heeft een obstakel gedetecteerd.

Permanent, in combinatie met een melding en een geluidssignaal.

Er is een storing in het systeem.

Voer (3) uit.

Brandt permanent, in combinatie met de melding "Parkeerhulpsensor bedekt met vuil: reinig de sensor, zie handleiding".

De sensor wordt afgedekt.

Zet het voertuig zo snel mogelijk stil op een veilige plaats en zet het contact af.

Reinig de sensoren aan de voor- en/of achterzijde.

Airbags

Brandt permanent, in combinatie met het waarschuwingslampje Service en een melding.

Een van de airbags of pyrotechnische gordelspanners is defect.

Voer (3) uit.

Airbag vóór aan passagierszijde (ON)

Brandt permanent.

De airbag vóór aan passagierszijde is geactiveerd.

De schakelaar is in de stand "ON" gezet.

Plaats in dit geval geen kinderzitje met de "rug in de rijrichting" op de voorpassagiersstoel - risico op zwaar letsel! Airbag vóór aan passagierszijde (OFF)

Brandt permanent.

De airbag vóór aan passagierszijde is uitgeschakeld.

De schakelaar is in de stand "OFF" gezet.

Er kan een kinderzitje met de rug in de rijrichting worden geplaatst, tenzij er een probleem met de airbags is (waarschuwingslampje airbags aan).

Laag brandstofniveau (Benzine, Diesel, hybride of Plug-in hybride)

Brandt permanent, in combinatie met een geluidssignaal en een melding.

Als het lampje gaat branden, zit er nog ongeveer 6 liter brandstof in de tank (reservevoorraad).

Zolang er geen brandstof wordt getankt, wordt deze waarschuwing iedere keer herhaald wanneer het contact wordt aangezet, en met een toenemende frequentie naarmate het brandstofniveau verder zakt en de nul nadert.

Tank bij de eerstvolgende gelegenheid om een lege brandstoftank te voorkomen.

Rijd nooit door totdat de tank helemaal leeg is; hierdoor kunnen het emissieregelsysteem en het injectiesysteem beschadigd raken.

Tractiebatterij bijna leeg (Elektrisch)

Brandt permanent, in combinatie met een geluidssignaal.

De tractiebatterij is bijna leeg.

Controleer de resterende actieradius Laad de tractiebatterij zo snel mogelijk op.

Schildpad-modus met beperkte actieradius (Elektrisch)

Brandt permanent.

De laadtoestand van de tractiebatterij is kritiek.

Het motorvermogen neemt geleidelijk af.

De tractiebatterij moet direct worden opgeladen.

Als het waarschuwingslampje blijft branden, voer dan (2) uit.

Waarschuwing bij kans op aanrijding/Active Safety Brake

Knippert.

Het systeem wordt geactiveerd en remt de auto kort af om de snelheid te verlagen.

Zie het hoofdstuk Rijden voor meer informatie.

Brandt permanent, in combinatie met een melding.

Het systeem is via het touchscreen uitgeschakeld.

Brandt permanent, in combinatie met een melding en een geluidssignaal.

Er is een storing in het systeem.

Voer (3) uit.

Brandt permanent, in combinatie met de melding "Drive Assist-sensor vervuild: maak de sensor schoon, zie handleiding".

De sensor wordt afgedekt.

Zet het voertuig zo snel mogelijk stil op een veilige plaats en zet het contact af.

Reinig de camera aan de voorzijde.

Brandt permanent.

Er is een storing in het systeem.

Als deze waarschuwingslampjes gaan branden nadat de motor is uitgeschakeld en opnieuw is gestart, zie (3).

Brandt permanent.

Het systeem wordt tijdelijk uitgeschakeld omdat de bestuurder en/of voorpassagier (afhankelijk van de uitvoering) zijn gedetecteerd maar de bijbehorende veiligheidsgordel is niet vastgemaakt.

Verkeersbordherkenning

Permanent, in combinatie met een melding en een geluidssignaal.

Er is een storing in het systeem.

Voer (3) uit.

Brandt permanent, in combinatie met de melding "Drive Assist-sensor vervuild: maak de sensor schoon, zie handleiding".

De sensor wordt afgedekt.

Zet het voertuig zo snel mogelijk stil op een veilige plaats en zet het contact af.

Reinig de camera aan de voorzijde.

Active Lane Departure Warning

Knippert.

De auto dreigt een onderbroken rijstrookmarkering te overschrijden zonder dat de richtingaanwijzer is ingeschakeld.

Het systeem wordt geactiveerd en corrigeert dan de koers van de auto als het merkt dat de kans bestaat dat een rijstrookmarkering of wegrand wordt overschreden (afhankelijk van de uitvoering).

Zie het hoofdstuk Rijden voor meer informatie.

Brandt permanent.

Het systeem is automatisch uitgeschakeld of in de wachtstand gezet.

Brandt permanent, in combinatie met de melding "Drive Assist-sensor vervuild: maak de sensor schoon, zie handleiding".

De sensor wordt afgedekt.

Zet het voertuig zo snel mogelijk stil op een veilige plaats en zet het contact af.

Reinig de camera aan de voorzijde.

Permanent, in combinatie met een melding en een geluidssignaal.

Er is een storing in het systeem.

Voer (3) uit.

Waarschuwing voor bestuurder via camera (Systeem voor detecteren van onoplettendheid)

Brandt permanent.

De functie is uitgeschakeld.

Permanent, in combinatie met een melding en een geluidssignaal.

Er is een storing in het systeem.

Voer (3) uit.

Brandt permanent, in combinatie met de melding "Drive Assist-sensor vervuild: maak de sensor schoon, zie handleiding".

De sensor wordt afgedekt.

Zet het voertuig zo snel mogelijk stil op een veilige plaats en zet het contact af.

Reinig de camera aan de voorzijde.

Stop & Start (Benzine of Diesel)

Brandt permanent, in combinatie met een melding.

Het Stop & Start-systeem is handmatig uitgeschakeld.

De volgende keer dat de auto tot stilstand komt, wordt de motor niet afgezet.

Activeer het systeem opnieuw via het touchscreen.

Brandt permanent.

Het Stop & Start-systeem is automatisch uitgeschakeld.

De volgende keer dat de auto tot stilstand komt, wordt de motor niet afgezet bij een buitentemperatuur:

- lager dan 0 ºC.

- hoger dan +35 ºC.

Zie het hoofdstuk Rijden voor meer informatie.

Knippert en brandt vervolgens permanent, in combinatie met een melding.

Er is een storing in het systeem.

Voer (3) uit.

e-Auto-stand (hybride)

Brandt permanent, in combinatie met een melding.

De e-Auto-stand is handmatig uitgeschakeld.

De benzinemotor wordt niet uitgeschakeld bij de volgende keer dat het gaspedaal wordt losgelaten of de auto tot stilstand komt.

Activeer de stand opnieuw via het touchscreen.

Mistachterlichten

Brandt permanent.

De lampen zijn ingeschakeld.

Peugeot Matrix LED Technology 2.0

Brandt permanent, in combinatie met een geluidssignaal en een melding.

Er is een storing in de Peugeot Matrix LED Technology 2.0-koplampen of de camera gedetecteerd.

Zie (2).

Grootlichtassistent

Brandt permanent, in combinatie met een geluidssignaal en een melding.

Er is een storing in een functie of camera gedetecteerd.

Voer (2) uit.

Groene verklikkerlampjes

Stop & Start (Benzine of Diesel)

Brandt permanent.

Wanneer de auto stopt, zet het Stop & Startsysteem de motor in de STOP-stand.

Knippert tijdelijk.

De STOP-stand is momenteel niet beschikbaar of de START-stand wordt automatisch geactiveerd.

Zie het hoofdstuk Rijden voor meer informatie.

Auto klaar om te rijden (Plug-in hybride of Elektrisch)

Brandt permanent, in combinatie met een geluidssignaal als het gaat branden.

De auto is klaar om te rijden.

Voor elektrische auto's zijn de verwarmings- en airconditioningsfuncties ook beschikbaar.

Het controlelampje gaat uit wanneer er een snelheid van ongeveer 5 km/h is bereikt en gaat weer branden als de auto tot stilstand komt.

Het lampje gaat uit als u de motor afzet en uit de auto stapt.

Zitplaats niet bezet / Veiligheidsgordel niet vastgemaakt

Brandt permanent.

(grijs)

Een van de passagierszitplaatsen voorin of achterin wordt als niet bezet beschouwd met het contact aan.

Zitplaats bezet / Veiligheidsgordel vastgemaakt

Brandt permanent.

De bestuurder of een passagier heeft de veiligheidsgordel vastgemaakt met het contact aan.

Richtingaanwijzers

Knippert, met geluidssignaal.

De richtingaanwijzers zijn ingeschakeld.

Dagrijverlichting / parkeerlichten

Brandt permanent.

Bij voldoende omgevingslicht is de dagrijverlichting ingeschakeld.

Bij onvoldoende omgevingslicht branden de parkeerlichten.

Dimlicht

Brandt permanent.

De lampen zijn ingeschakeld.

Peugeot Matrix LED Technology 2.0

Brandt permanent.

(grijs)

De functie is geactiveerd, maar niet beschikbaar.

Er is niet voldaan aan alle werkingsvoorwaarden.

Brandt permanent.

De functie is geactiveerd.

Er is aan alle voorwaarden voldaan: het systeem is in werking.

Zie het hoofdstuk Verlichting en zicht voor meer informatie.

Grootlichtassistent

Brandt permanent.

De functie is via het touchscreen geactiveerd.

De ring van de lichtschakelaar staat in de stand "AUTO".

Zie het hoofdstuk Verlichting en zicht voor meer informatie.

Blauwe verklikkerlampjes

Grootlicht

Brandt permanent.

De lampen zijn ingeschakeld.

Zwarte/witte waarschuwingslampjes

Voet op het rempedaal

Brandt permanent.

Rempedaal niet of onvoldoende stevig ingetrapt.

De keuzeschakelaar uit stand P halen bij uitvoeringen met automatische transmissie of een selectiehendel bij draaiende motor en vóór het uitschakelen van de parkeerrem.

e‑SAVE (Plug-in hybride)

Brandt permanent, samen met de gereserveerde actieradius.

De functie is geactiveerd.

Peugeot 308 2021-2025 (P5) Instructieboekje

Waarschuwings- en verklikkerlampjes

Actual pages

Beginning midst our that fourth appear above of over, set our won’t beast god god dominion our winged fruit image

© 2024-2025 Copyright nl.peu308.com